Doorslapen

Doorslapen

Er zijn heel veel meningen over doorslapen van baby’s en het nut ervan. Er zijn ook veel onderzoeken naar gedaan. Elke baby is natuurlijk anders, en wanneer een kind uit zichzelf door gaat slapen verschilt enorm. Ook zijn er baby’s die een tijdje doorslapen, dan een tijdje niet, dan weer wel. Kortom, er is geen magische leeftijd wanneer een kind door zal slapen.

Veel ouders zien een baby, dreumes of peuter die niet doorslaapt als een kind met een slaapprobleem. Als je weet hoe normaal slaapgedrag van een jong kind hoort te zijn, zul je zien dat er vaak toch eigenlijk geen slaapprobleem is, maar dat je als ouder een weg moet vinden hoe je met het slaappatroon van je kind om kunt gaan op een manier die voor jou werkt.
Het is normaal dat een kind niet doorslaapt. Sterker nog, het is juist goed. Een kind wat regelmatig wakker wordt, slaapt minder diep dan een kind dat is aangeleerd om door te slapen. Doordat het kind minder diep slaapt, is er minder risico op wiegendood. Een kind dat regelmatig om een voeding vraagt ’s nachts, zorgt ervoor dat er minder hoge pieken en dalen in zijn bloedsuikerspiegel zitten, waardoor de hersenen zich goed kunnen ontwikkelen.
Als een kind uit zichzelf langer gaat slapen/door gaat slapen, dan is dat prima. Elk kind is daar op een ander moment aan toe.

Toch zie je in onze maatschappij vaak de vraag of een kind al doorslaapt. Het is bijzonder hoe ver wij met onze cultuur van de natuur zijn komen te staan op dit punt. Goede marketing van bijvoorbeeld luierfabrikanten geven het idee dat een kind door hoort te slapen (De ‘onze luier zorgt ervoor dat je kind niet wakker wordt van een natte luier en een goede nachtrust krijgt’ reclames, je kent ze vast). Op de één of andere manier is doorslapen een statussymbool van goed ouderschap geworden. Gevolg daarvan is dat ouders zich zorgen maken, en soms dingen als slaaptraining toe gaan passen. De meest ingrijpende variant, de Cry-it-out methode, is bewezen schadelijk voor een kind. Het zorgt ervoor dat er stress ontstaat bij het kind, wat door de aanmaak van cortisol, het stress-hormoon, nog heel lang invloed kan hebben. Het kan er o.a. voor zorgen dat de hersenontwikkeling aangetast wordt. Mijn advies is dus om dit soort methodes niet toe te passen. Het leert je kind ook helemaal niet om zelf in te slapen of door te slapen, het leert je kind vooral dat jij er niet bent als jouw kind je wel nodig heeft.

Doorslapen en samen slapen

Kinderen die samen slapen laten vaak ander slaapgedrag zien dan kinderen die alleen slapen. Door de aanwezigheid van de ouders slapen kinderen in een natuurlijk ritme, waarbij baby’s en jonge kinderen vaak even contact zoeken na elke slaapcyclus. Zeker een kind dat nog nachtvoedingen vraagt, komt regelmatig om een voeding vragen. Je zou dan misschien denken dat het voor de rust van het hele gezin beter zou zijn om niet samen op 1 kamer te slapen, maar onderzoek laat zien dat dat juist niet zo is. Voor een bedsharende mama is het zelfs zo dat ze het meeste slaap krijgt ten opzichte van elke andere vorm van slapen. Door het bedsharen komt de moeder in dezelfde slaaparchitectuur als het kind. Hierdoor ben je op dezelfde momenten in diepe en ondiepe slaap. Hierdoor wordt je dus niet uit je eigen ritme gehaald bij een voeding en door de oxytocine slaap je snel weer in. Als je voor een voeding echt uit bed moet, lampen aan, kamer uit, koude gang door, wordt je lichaam echt getriggerd om goed wakker te worden en op die manier lukt het moeilijker weer in slaap te komen. Dus al wordt je minder vaak wakker met je kind op een andere kamer, je slaappatroon wordt dusdanig verstoord dat de slaap minder voldoet. Geef je geen borstvoeding maar kunstvoeding, dan is een thermoskan met warm water en poedertoren op het nachtkastje een goede manier om lekker in bed te blijven.

Als ouder kunnen de nachtelijke, wakkere momenten even wennen zijn en soms ook erg zwaar. Het helpt je daarom om te beseffen dat het juist goed is voor je baby. Op die manier stop je zelf geen onnodige energie in het door laten slapen van je baby, wat bij jezelf frustratie op gaat leveren. Als je het accepteert en je eigen manier om ermee om te gaan erop aanpast, is het veel makkelijker om mee om te gaan.  Het is daarom zoeken wat voor jou werkt om de situatie draagbaar te maken. Wat voor mij werkt:
– Af en toe wat vroeger naar bed, zodat ik meer kan slapen die nacht, ook al wordt ik wakker tussendoor.
– Af en toe een moment voor mezelf, wat hier alleen in het weekend kan. Dan is mijn man er die voor de rest (lees: kinderen) kan zorgen, zodat ik nog een uurtje kan blijven liggen, een boek kan lezen, uitgebreid kan douchen of lekker in bad kan. (Andere weekenddag doen we het andersom.)
– Accepteren dat het erbij hoort (dit is dus denk ik de belangrijkste). Als je het accepteert, stop je geen energie meer in vechten tegen of oplossingen zoeken voor de situatie, en dan hou je die energie dus over voor andere dingen.
– Aanleggen en doorslapen (maar dat werkt natuurlijk alleen met borstvoeding). Soms had ik ’s morgens geen idee hoe vaak ik gevoed heb, omdat ik mijn slaap amper onderbroken heb. Heerlijk! (Ik zei soms ’s morgens tegen mijn man: “Hé, geen voedingen vannacht?” En dan zegt hij: “Uhm, nou, ik heb hem bijna de hele nacht horen drinken.”)

Hoe dan ook, zie het niet doorslapen niet als slaapprobleem, want dat is het gewoon niet. En besef je ook, al is het zwaar en vermoeiend, het gaat over. Elk kind gaat op den duur doorslapen (of wordt wel wakker, maar heeft jou niet nodig om weer in te slapen). Ouderschap is zwaar vermoeiend, dat hoort erbij. Maar gaat het over jouw grens, zorg dan dat je hulp krijgt zodat je eens goed kunt slapen. Laat iemand wandelen met jouw kind en ga naar bed. Laat het huishouden wat het is (want die vaat kan morgen ook gedaan worden) en ga slapen. Dat is de manier om door de tropenjaren te komen.

Meer lezen? Dit is interessant: